Het tweede kwartaal als mama van Noï

En toen begon maand 4 en tevens sprong 4. Het tweede kwartaal als mama was begonnen. Waar we eerder gewend waren dat Noï een vrij constant en rustig kindje was liet ze nu steeds meer van zich horen. Op mijn ‘oei ik groei’ app zag ik dat deze sprong dichterbij kwam maar zonder app hadden we het ook geweten. Noï was sneller huilerig, sliep onrustig, dronk onrustig én ontwikkelde zich op allerlei vlakken heel snel. Zo begon ze steeds meer te kletsen en geluidjes te maken. Werd ze beweeglijker en vond ze steeds nieuwe dingen interessant. Inmiddels konden we ook steeds beter en vaker contact met haar maken. Zo aandoenlijk om haar lieve smoeltje te zien als ze op ons reageerde, en begon te lachen door de geluiden die wij maakte.

Op zulke momenten vergaten we gelijk de onrust die deze sprong met zich mee bracht. Maar soms leek even niets te helpen en waren we alle drie van slag. Dat deze sprong voor ons en voor haar naar verwachting een pittige zou worden, zo las ik dat in het boek en op internet, werd ook werkelijkheid. Na een week of 3 begon de intensiteit wat af te nemen. Noï had het weer vaker naar haar zin en huilde ook minder snel, máár we waren er nog niet.

Inhoudsopgave

Onze perfecte baby.

Buitenom die sprong was dit ook weer een fase om van te genieten. Ons meisje groeide van een mini baby op tot al een heel kindje. Met 3 maanden en 2 weken kreeg ze haar eerste inentingen en kregen we te horen en te zien dat ze perfect op de groeicurve ligt en zich goed ontwikkeld. De prikjes vond ze overigens wat minder geslaagd maar daar was geen ontkomen aan. Gelukkig heeft ze er niet heel veel last van gehad.

Toen Noï ruim 4 maanden oud was zijn we begonnen met het introduceren van hapjes. Van te voren had ik er wel wat over op gezocht maar zo bleu als ik was begon ik er vol goede moed aan, en pureerde ik vol enthousiasme een zacht gekookte wortel. Drie dagen achter elkaar kreeg ze dit. Ze leek het prima te vinden, kreeg het zelfs voor elkaar om wat wortel binnen te houden, en smeerde uiteindelijk de wortel niet álleen maar aan haar handjes. Op dag 4 stond er bloemkool op het menu. Ook dit ging best goed. Ze trok wel wat moeilijke gezichten maar toch gingen de hapjes erin.

Wel hapje geen hapje.

Echter vond ik dat Noï wat onrustig was. Ze huilde sneller, wilde niet slapen en wilde alleen maar aan ons vast geplakt zitten. Waar we dus eerder dachten dat de sprong een eindje over was kwam déze onrust om te hoek. Ik had al eens eerder wat gelezen over slaapregressies maar of dat, dit nou was? Geen idee dus. Wij hadden het er in ieder geval net zo moeilijk mee als zij want door de nog steeds onderbroken nachten was het energielevel niet heel hoog. Al snel dus bereikte we een diepte punt. Na 3 dagen van alleen maar huilen en onrustig zijn, viel het me op dat ze al die tijd niet gepoept had. Het schijnt te kunnen, maar zo kende wij Noï niet. Ze poepte altijd constant en veelal op de zelfde momenten. Natuurlijk kan dat een keertje anders zijn, maar toch. Erg toevallig was het wel.

Toen begon dag vier van het niet poepen verhaal. Riny en ik hadden afgesproken dat ik de huisarts zou bellen mocht er die dag geen verandering in komen. Gelukkig kwam daar vrij snel en in volle vaart de verlossing. Haar darmpjes werkte nog en haar luier kon de ontlading maar net aan. De dagen die volgde leek alles weer als vanouds dus onze zorgen verdwenen als sneeuw voor de zon. Na alle onrust te hebben opgeteld bij het niet poepen besloten we dat die hapjes maar eventjes moesten wachten. Inmiddels had ik wat meer hier over gelezen en werd het me duidelijk dat het lang niet altijd goed is voor ieder kindje om met 4 maanden dit eten te introduceren. Noï ging hier blijkbaar nog niet heel lekker op dus dit moest even een versnelling lager.

Toen deze periode voorbij was kreeg Noï om de zoveel dagen een hapje. Niet teveel, zomaar net voor de smaak. Ze vond het prima en ook haar lijfje leek het prima te vinden. Achteraf dus extra blij dat we naar ons gevoel hebben geluisterd en hebben gekozen wat voor ons het beste leek. (Hier las is zoal over hapjes geven etc.)

Er blééf maar onrust.

Ondanks dat we aan haar gedrag konden merken dat sprong 4 een eind over was bleef er onrust in huis. Dat dit op zekere hoogte bij een baby hoort probeerde ik te accepteren maar toch voelde het niet goed. Door persoonlijke situaties heerste er ook bij Riny en mij enige spanning en ik kreeg steeds vaker het idee dat dat op Noï doorwerkte. Ze dronk ook steeds vaker onrustig en had daardoor vaker honger. Naar bedje gaan was dan het volgende probleem want een kindje met honger op bed leggen is geen optie. Dan weer melk, dan weer kroelen, dan weer slapen, dan weer een beetje melk. Zo gingen de dagen aan één stuk voorbij en niemand werd er echt gelukkiger van.

Riny en ik hadden het al eens over kunstvoeding gehad. Mega trots was ik dat de borstvoeding zo goed van start ging en dat Noï dus super goed en gezond ontwikkelde. Maar steeds vaker kwam ik op het moment dat ik dacht, geef maar een fles dan heeft ze ook gedronken. Niet heel gek als je je bedenkt in wat voor onrustige tijd wij zaten maar vervelend vond ik het wel. Ik wilde Noï zo graag zelf voedde maar het leek op de één of andere manier niet zo lekker meer te gaan. Uiteindelijk hebben we met ongeveer 5 maanden besloten om de kunstvoeding te introduceren. Ik schreef hier overigens een apart artikel over anders wordt dit stuk tekst veel te lang. Clou van het verhaal: de kunstvoeding gaf meer rust. Noï knapte op en ik voelde me ook beter.

De sneeuw verdween letterlijk.

In februari van dit jaar heeft het nog gesneeuwd. Voor Noï de eerste keer in haar piep kleine leventje dus deze momenten hebben gelijk we op beeld vast gelegd. Waar later deze sneeuw rap verdween was ook in huize onrust geen vuiltje meer aan de lucht. Noï leek weer opgeknapt. Sliep beter en dronk daardoor ook beter. De borstvoeding was inmiddels zo goed als afgebouwd en ik had er vrede mee. De lente was inmiddels begonnen en de zon lachte ons letterlijk toe. Eindelijk was daar wat meer rust en konden we alle drie veel meer genieten van alle momentjes.

Noï ontwikkelde zich nog steeds belachelijk snel. Zo ruilde we de kinderwagen bak in voor het zittende exemplaar. At ze steeds meer hapjes, en haar vele praatjes bleven ook niet onopgemerkt. Wat groeit zo’n klein mensje toch snel!

Aan het einde van dit kwartaal was sprong 5 gearriveerd. Net zoals bij de voorgaande had ze ook van deze sprong last. We zagen nu eerder aan haar dat er wat gaande was. Ze werd weer onrustiger, dronk slechter, wilde meer aandacht maar ook weer niet, wilde bij ons zijn maar ook weer niet. Kortom, een hoop onrust in haar lijfje. Doordat wij zelf wat minder vermoeid en geprikkeld waren konden we deze onrust beter aan. Ik kende Noï inmiddels beter. Zag eerder aan haar wat ze nodig had én, omdat ze nu voldoende voeding kreeg op de juiste momenten waren haar humeurige buien minder heftig. Voor haar en voor mij. Al doende leert me, word er wel eens gezegd. Nou, zodra je een kindje heb is dat zeker van toepassing!


Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

error: Content is protected !!